2 februari 2015

Belangrijke overwinning AFMP in letselzaak

Defensie had een ongeval bij een eindoefening op de KMA meteen als dienstongeval moeten aanmelden en niet als bedrijfsongeval. Met deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CrvB) won de AFMP de zaak van een vrouwelijke militair die lichamelijk letsel heeft opgelopen. De zaak is aanleiding om opnieuw met Defensie in gesprek te gaan over de gezondheidsrisico’s tijdens militaire oefeningen.

Voor militairen die tijdens de dienst letsel oplopen is van belang of het letsel wordt toegeschreven aan een dienstongeval of aan een bedrijfsongeval. In het eerste geval wordt alle door de militair geleden schade vergoed; in het laatste geval wordt de inkomensachteruitgang slechts gedeeltelijk opgevangen en bestaat er geen aanspraak op vergoeding van immateriële schade (smartengeld).

Dienstongeval
Van een dienstongeval is sprake als een ongeval plaatsvindt tijdens uitzendingen of tijdens het oefenen van vaardigheden onder oorlogsnabootsende omstandigheden. De afgelopen jaren heeft de hoogste ambtenarenrechter, de Centrale Raad van Beroep (CRvB), enkele uitspraken gedaan waaruit viel op te maken dat het niet eenvoudig is om een ongeval als dienstongeval gekwalificeerd te krijgen. Het ABP, dat namens Defensie de aanspraken in geval van een dienst- of bedrijfsongeval vaststelt, haalde de uitspraken van de CRvB te pas en te onpas aan om te betogen dat niet voldaan was aan de vereisten voor een dienstongeval.

Rake klappen
Een vrouwelijke militair, lid van de AFMP, was opgekomen als cadet bij de KMA en deed mee aan de oefening ‘Opleiding en Training te Velde’. Een van de onderdelen van de eindoefening was het bemachtigen van informatie bij een partizaan, waarvoor een lange weg in en om een fort moest worden afgelegd. De weg werd belemmerd door ouderejaars, die getraind waren in de vechtsport en volledig beschermende kleding droegen. De deelnemers aan de oefening waren slechts uitgerust met hoofdbescherming, een mondbitje en een toque. Op filmopnames was te zien dat de deelnemers harde, rake klappen op het lichaam kregen, ook op de onbeschermde delen, en dat het gebruik van fysiek geweld doorging als de deelnemers op de grond vielen.

Trombose
De vrouwelijks militair zat vol met blauwe plekken en hield aan haar deelname aan de oefening een trombose in het bekken over. Enige tijd later is een posttrombotisch syndroom ontstaan, waardoor de vrouw niet meer inzetbaar was als militair en ontslag heeft gekregen. Volgens de AFMP had Defensie dit ongeval meteen als dienstongeval aan moeten merken. De oefening was gebaseerd op het principe van ‘train as you fight’. Als er tijdens zo’n oefening (ernstig) letsel ontstaat, is het niet meer dan gepast dat de betreffende militair schadeloos wordt gesteld. Defensie stelde zich echter op het standpunt dat geen sprake kon zijn van een dienstongeval, omdat alle gebruikelijke veiligheidsvoorschriften zouden zijn nageleefd. Bovendien was de oefening gericht op het trainen van militaire basisvaardigheden en niet op het oefenen onder oorlogsnabootsende omstandigheden.

Blij met uitspraak
De CRvB maakt korte metten met deze redenering. Volgens de CRvB kan ook sprake zijn van een dienstongeval als de gebruikelijke veiligheidsvoorschriften op grond van de Arbowetgeving zijn nageleefd. Verder had de oefening wel degelijk een oorlogsnabootsend karakter. De CRvB leidt dit af uit de filmopnamen en uit het feit dat dat instructeur die toezicht op de oefening hield de opdracht had gekregen om niet in te grijpen om aan het geweld een einde te maken. De AFMP is blij met de uitspraak en vindt het niet meer dan terecht dat de militair in het gelijk is gesteld.

In gesprek over gezondheidsrisico's
Reeds eerder werd aandacht gevraagd voor de veiligheid van militairen die meedoen aan oefeningen en daarbij soms onverantwoorde risico’s lopen. Deze zaak is voor de AFMP aanleiding om opnieuw met Defensie in gesprek te gaan over de gezondheidsrisico’s waarmee de deelname aan militaire oefeningen gepaard gaat.

Meer over:
GVW
BVJ