16 oktober 2014

Militairen Mali de dupe van geldgebrek Defensie

De AFMP wil in het overleg met Defensie praten over de extreem slechte voorzieningen die Defensie voor de Nederlandse militairen in Mali georganiseerd heeft. Ook zal de bond er nogmaals bij minister Hennis-Plasschaert van Defensie op aandringen dat militairen die worden uitgezonden (bijvoorbeeld om te vechten tegen IS) verzekerd moeten zijn van een gedegen voorbereiding en goede voorzieningen op het gebied van hygiëne, huisvesting, kleding en uitrusting. Bent u op missie in Mali of gaat u binnenkort, meld dan uw bevindingen op: mali@afmp.nl

De omstandigheden in het kamp Castor in Mali zijn extreem slecht. Na acht maanden blijkt
Defensie nog altijd niet in staat om de basale voorzieningen voor zijn medewerkers op orde te hebben. De legio klachten die de AFMP heeft ontvangen gaan onder andere over:
- volstrekt ontoereikende en onhygiënische sanitaire voorzieningen (toiletten, douches)
- de geringe privacy en tropische warmte in de tenten waardoor goede nachtrust onmogelijk is
- een veel te warme en onhygiënische eetzaal
- een slechte postvoorziening (wachttijd drie tot vijf weken)
- het verstrekken van allerlei uitrustingsstukken die niet nodig zijn
- het niet-verstrekken van allerlei uitrustingsstukken die wel nodig zijn
- het haperen van de levering van de noodzakelijke kleding en uitrusting bij het KPU bedrijf.

Klachtenregen
Tijdens de Technische Briefing in de Tweede Kamer beweerde generaal Middendorp op woensdag 15 oktober dat de klachten die de publiciteit hadden gehaald slechts afkomstig waren van enkele militairen. De AFMP bestrijdt deze visie. Van de zomer regende het al klachten die door de AFMP gemeld zijn bij de top van Defensie en ingebracht zijn in het overleg. Een woordvoerder van Defensie meldde op 15 oktober aan de pers dat er nog geen overleg had plaatsgevonden. Dat is dus niet correct.

Niet leefbaar
De klachten over de primitieve leefomstandigheden worden breed gedragen, afgaande op de berichten die de AFMP van leden heeft ontvangen. Een militair meldt ons bijvoorbeeld: “Dit is de meest amateuristische voorbereidingsperiode die ik heb meegemaakt.” De ouders van een militair melden: “In twee eerdere uitzendingen naar Afghanistan waren de condities niet zo extreem slecht als nu in Mali.” Een vrouw van een militair: Ik vraag me af waarom het voor vluchtelingen niet langer leefbaar is dan een paar weken in tenten en onze mannen en vrouwen er wel zes maanden in moeten verblijven. Dit maakt me boos.”

Zorgplicht
Militairen verkeren in een bijzondere positie en zij begrijpen als geen ander dat de omstandigheden in het begin van een missie primitief zijn. Militairen begrijpen echter totaal niet dat na acht maanden missie de meest elementaire basisvoorzieningen nog steeds niet goed zijn geregeld, hoewel er al vele malen over is geklaagd. De minister voldoet daarmee niet aan haar zorgplicht en toont zich op dat punt een slechte werkgever voor de mannen en vrouwen die op missie zijn.

Naar aanleiding van de briefing wordt nu in de pers gesuggereerd dat het de militairen in Mali slechts te doen zou zijn om een betere financiële vergoeding. Dat was slechts een klein onderdeel van de ontvangen klachten, die door de minister wordt uitvergroot om de aandacht van andere zaken af te leiden. Het doet geen recht aan de situatie van het personeel in Mali.

Defensie bagatelliseert klachten
Generaal Middendorp gaf in de technische briefing aan dat begin januari 2015 alle militairen in de woonchalets verblijven. De AFMP zal hem aan zijn woord houden. Ons bereiken namelijk geheel andere berichten: nu al zou bekend zijn dat woonchalet 4 en 5 pas in maart 2015 worden opgeleverd, zodat honderd tot tweehonderd militairen nog zeker tot maart 2015 in tenten zullen slapen, bij temperaturen die soms oplopen tot 60 graden. Die containers zijn ook nodig om de nodige veiligheid te waarborgen in het gebied waar volgens de VN de veiligheidsrisico’s fors toenemen.

AFMP wil erkenning en oplossingen
De AFMP gaat op korte termijn een gesprek aanvragen met generaal Middendorp en de Inspecteur Militaire Gezondheidszorg. Het personeel in Mali heeft recht op een fatsoenlijke behandeling; ze mogen zich daarin gesteund weten door de AFMP. Verder zal de AFMP opnieuw de aandacht van de minister vragen voor de situatie van militairen die worden uitgezonden. We hebben inmiddels namelijk al de nodige berichten gekregen dat ook in de aanloop naar de missie in de strijd tegen IS het nodige misgegaan is op het gebied van de voorbereiding, verstrekking van kleding en uitrusting en werk en leefomstandigheden.

Ordinaire geldkwestie
In operationele omstandigheden zijn arbo-regels uiteraard beperkt van toepassing. Dat ontslaat de minister van Defensie niet van de verplichting al het mogelijke te doen om de werkomstandigheden van militairen zo gezond en veilig mogelijk te maken. De middelen om dat te doen zijn gewoon verkrijgbaar en te leveren. Het is echter een ordinaire geldkwestie dat maatregelen worden uitgesteld en de situatie in Mali wordt gebagatelliseerd. De AFMP meent dat de visieloze en onverantwoorde bezuinigingen die de afgelopen jaren op Defensie hebben plaatsgevonden mede de oorzaak hiervan zijn.

De AFMP heeft er bij voortduring op gewezen dat die ten koste zouden gaan van de veiligheid, gezondheid en welzijn van het (uitgezonden) personeel. Het is uiterst zuur om te zien dat dit nu meer en meer bewaarheid wordt.

Bent u op missie in Mali of gaat u binnenkort, meld dan uw bevindingen op: mali@afmp.nl

Hieronder vindt u als download o.a. het artikel van Emilie van Outeren, journalist bij de NRC, die zeer onlangs een bezoek bracht aan de missie in Mali.


20141017_kamervragen_van_dijk.pdf

141015_nrc_gevoelstemperatuur_67_graden_celsius.pdf.pdf

20141013_kamerbrief-over-voortgang-minusma-en-algemene-ontwikkelingen-in-mali.pdf

vlc-record-2014-10-15-17h34m11s-mmsh_wms.pmedia07.kpnstreaming.nl_tweedekamerlive-encoder07_suzegroeneweg_extern500k_mswmext.asf-.mp3