2 juni 2016

Proefproces Eigen Huishouding: update

Donderdag 26 mei kruisten de AFMP en Defensie opnieuw de degens over de tegemoetkomingen voor huisvesting, voeding en reiskosten. Het draaide tijdens het proefproces in de Rechtbank Den Haag om de vraag vanaf welk moment Defensie medewerkers alsnog een tegemoetkoming eigen huishouding moet uitbetalen. UPDATE 5 juli: het verzoek van de AFMP is afgewezen. De AFMP gaat in hoger beroep.

De voorgeschiedenis gaat terug tot 24 november 2014. Na een jarenlange juridische strijd kreeg de AFMP eindelijk het gelijk aan haar zijde. De Centrale Raad van Beroep oordeelde toen dat Defensie bij het bepalen van de tegemoetkomingen voor reis-, huisvestings- en voedingskosten geen onderscheid mag maken tussen medewerkers die een eigen huishouding voeren en medewerkers die dat niet doen, bijvoorbeeld doordat ze nog bij hun ouders wonen. Een prachtige overwinning waarmee aan dit onderscheid definitief een einde werd gemaakt.

Correctiebesluit
Ter uitvoering van deze rechterlijke uitspraak verstuurde Defensie op 28 juli 2015 aan alle medewerkers zonder eigen huishouding een correctiebesluit. Daarin werd hen (uit coulance) alsnog de gemiste tegemoetkomingen eigen huishouding toegekend met terugwerkende kracht tot 24 november 2014. Een mooi resultaat dat vele medewerkers een aanzienlijke nabetaling opleverde in oktober 2015. De vraag die echter overbleef was of er ook recht bestond op nabetaling over een periode vóór 24 november 2014. Om hier duidelijkheid over te krijgen riep de AFMP haar leden op om tegen het besluit van 28 juli 2015 in bezwaar te gaan en/of een rekest in te dienen voor de periode voor 24 november 2015. Velen hebben daaraan gehoor gegeven, wat een stroom aan afwijzingen heeft opgeleverd. Om al deze zaken echter ook één voor één voor de rechter te brengen zou heel onpraktisch en kostbaar zijn. Daarom is met Defensie en de rechterlijke macht afgesproken een proefproces te houden.

Terugwerkende kracht
In de Rechtbank Den Haag ging het bij dit proefproces dus om de vraag hoe aanvragen voor tegemoetkomingen in een eerdere periode gezien moeten worden. Defensie heeft betoogd op grond van een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 11 april 2003, dat als een rechterlijke uitspraak een bepaalde uitleg geeft aan een wettelijk voorschrift (in dit geval dan de Eigen Huishouding), dit nog niet betekent dat alle eerdere toepassingen van dat voorschrift óók in overeenstemming met die nieuwe uitleg moet worden gebracht. Defensie stelt dat met het indienen van het rekest om een nabetaling te doen tot een datum voorafgaand aan 24 november 2014, deze zich niet verhoudt met de uitspraak van de Raad. Daarom zou ze niet verplicht zijn om met terugwerkende kracht een tegemoetkoming in de Eigen Huishouding te moeten doen.

Nieuwe aanvraag
Maar volgens de AFMP is er geen sprake van een herhaalde aanvraag (met terugwerkende kracht). Het gaat namelijk alleen om een eerdere periode en moet het gezien worden als een nieuwe, eerste, aanvraag waarop nog niet is beslist. In zo’n geval is er sprake van een nieuwe rechtsverhouding tussen de werknemer en werkgever. De AFMP weet zich in zekere mate gesteund door een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (op 18 september 2014), waarin het ging om een tegemoetkoming in niet-gedeclareerde voedingskosten. Deze aanvraag had betrekking op zondagen, terwijl de doordeweekse dagen wel uitbetaald waren. Voor de zondag was niet eerder een aanvraag gedaan en was er volgens de Raad dus geen sprake van een herhaalde aanvraag. De vraag is nu dus of de rechter dat ook zo ziet.

Verzoek afgewezen
Het was dan ook de vraag of de rechter deze redenering zou volgen. Begin juli bleek dat de rechter hier niet in meegaat; het beroep van de AFMP werd afgewezen. De AFMP heeft op 5 juli besloten in hoger beroep te gaan. Zodra de uitspraak op het hoger beroep en de concrete gevolgen voor onze leden bekend zijn, zullen wij dit berichten aan degenen die zich vanwege deze kwestie bij de AFMP hebben gemeld. Houd vooral de website in de gaten!

Meer over:
C&R
WGAFR